Wet bevordering voortgezet ouderschap en zorgvuldige scheiding
Op 1 maart 2009 is de Wet bevordering voortgezet ouderschap en zorgvuldige scheiding, in werking getreden. Door de inwerkingtreding van deze wet is er op het gebied van het familierecht heel wat veranderd. De flitsscheiding, waarbij echtgenoten hun huwelijk konden omzetten in een geregistreerd partnerschap om dit geregistreerd partnerschap vervolgens op een gemakkelijke wijze te ontbinden, is komen te vervallen. Een van de belangrijkste gevolgen van de nieuwe wet is de introductie van het ouderschapsplan.
Echtgenoten die willen scheiden, dienen bij het echtscheidingsverzoek een ouderschapsplan te voegen waarin een regeling wordt getroffen voor de invulling voor het ouderschap na de echtscheiding. Zaken die in het ouderschapsplan aan de orde dienen te komen zijn bijvoorbeeld de manier waarop de zorg en opvoedingstaken tussen de ouders worden verdeeld, de manier waarop de (ex)echtgenoten elkaar informatie verschaffen en raadplegen over belangrijke zaken aangaande de kinderen en een regeling met betrekking tot de kosten van opvoeding en verzorging van de minderjarige kinderen. Het ouderschapsplan dient door beide ouders tezamen te zijn opgesteld. Indien het opstellen van een ouderschapsplan niet mogelijk is, dan dient dit te worden uitgelegd bij het echtscheidingsverzoek. Dit is bijvoorbeeld het geval wanneer één van de echtgenoten een psychiatrische stoornis heeft of wanneer de spanningen tussen partijen dusdanig zijn dat overleg niet mogelijk is. De rechter kan de echtgenoten in dat geval verwijzen naar een mediator om alsnog een ouderschapsplan op te stellen. Wanneer het echtscheidingsverzoek zonder geldige reden niet is voorzien van een ouderschapsplan kan de rechter bepalen dat het echtscheidingsverzoek niet ontvankelijk wordt verklaard en dus niet in behandeling wordt genomen.
Een ander belangrijk gevolg van de Wet bevordering voortgezet ouderschap en zorgvuldige scheiding is de voorrang die kinderalimentatie heeft verkregen boven andere onderhoudsplichten. Op dit moment is het nog zo dat de kinderalimentatie geen voorrang heeft boven de partneralimentatie of boven de onderhoudsplicht van een ouder voor zijn nieuwe echtgeno(o)t(e). Dit kon tot gevolg hebben dat de kinderalimentatie verviel of werd verlaagd op het moment dat de niet verzorgende ouder opnieuw in het huwelijk trad. Door de nieuwe wet is dit niet meer mogelijk.
Door de nieuwe wet zal het aantal Mediations toe gaan nemen. Het is nu immers verplicht gesteld dat ouders voordat zij gaan scheiden met elkaar om de tafel gaan zitten om een plan te maken over de invulling van het ouderschap na de scheiding. Veel stellen zullen hiervoor een Mediator gaan raadplegen. Wanneer partijen toch met elkaar om de tafel zitten om te praten over de invulling van het ouderschap, kan gemakkelijk meteen worden gesproken over alle andere gevolgen van de echtscheiding, zoals over partneralimentatie of de verdeling van de gemeenschap/afwikkeling van de huwelijksvoorwaarden. Dit is een positieve ontwikkeling, want uit onderzoek blijkt dat partners die via echtscheidingsbemiddeling scheiden, uiteindelijk meer tevreden zijn over het resultaat dan partners die op tegenspraak scheiden.
mr. Sarah Köller, Köller Advocatenkantoor Middelburg